Signalering

De signalering is informatie die verstuurd wordt om een communicatieverbinding op te bouwen, in stand te houden en weer te verbreken. In tegenstelling tot het huidige telefoonnet wordt in een ISDN de signalering altijd in een speciaal daarvoor bestemd kanaal vervoerd. Deze vorm van signalering, common channel signalling of gemeneweg signalering, heeft zowel voor- als nadelen:

Bij dit type signalering is een verbinding met een zeer goede kwaliteit dus een essentiële voorwaarde.

De signalering kan worden onderverdeeld in een tweetal categorieën:

  1. Toegangsprotocol;
  2. Internode-signalering.

Het toegangsprotocol, de user-network interface, verzorgt de signalering tussen de abonnee en de centrale. Het gebruikte protocol is DSS 1. Omdat de signaleringsinformatie over het D-kanaal wordt verstuurd, wordt deze ook wel aangeduid als het D-kanaal protocol.
De internode-signalering verzorgt de signalering die vereist is tussen de verschillende nodes van het net, waaronder de telefooncentrales. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van CCITT Signaling Sytem No. 7 (SS7).

« Terug   Verder»


1Een voorbeeld hiervan is het doorgeven aan een abonnee die in gesprek is dat er voor hem wordt gebeld en eventueel door wie (het nummer). (Terug)

Lees verder